1.) ONBEKWAME OUDERS.
Bij de keuze van mensen om kinderen te nemen komen over het algemeen weinig belangen voor het kind naar voren
als argument er een op deze wereld te zetten. Weinig mensen zullen erbij stil hebben gestaan of er in deze maatschappij wel
ruimte is voor een kind, en wat dat kind voor voordelen heeft in deze maatschappij te gaan leven; veruit de meeste zullen
alleen vanuit hun eigen behoeftes bekijken of er een kind bij hen past, of niet. Daar de meeste vooral jonge mensen toch
een veridealiseerd beeld van hun toekomst en de realiteit hebben, zullen hun kinderen even ongeinteresseerd zijn in het eigen
intellectueel leven als dat van anderen. Ze groeien uit tot een groot gedeelte van de naieve en geestelijk ongezonde massa
en veroorzaken grootscheepse demoralisering van welhaast elke bevolkingsgroep in de maatschappij. De realiteit toont dat
de meeste mensen inderdaad slechts leven uit een lage soort van behoeftebevrediging, ten koste van anderen als dat moet,
egoistisch en immoreel als de mens in de diepste kerkers van z'n ziel, uit doods- en verlatingsangst, is. Elke vrouw mag
zomaar een kind nemen. Daar hoeft ze niets voor te kunnen, er zijn zelfs kindermoordenaressen die hun eigen kind hebben vermoord
en gewoon nog kinderen mogen krijgen. Maar vooral de vele, a-sociale en onkundige vrouwen en vaak nog meisjes die zomaar een
kind of zelfs meer mogen nemen, de vele mishandelingen en verwaarlozingen, zijn een belangrijke factor in de oorzaken van
de morele verloedering van een samenleving. Maar ook convensionele en ouderwetse ouders brengen kinderen voort die later
hun geestelijke tekortkomingen op andere kinderen overgeven doordat de gehele structuur van de samenleving gestoeld is op
autoritair gedrag, niet op intellectueel of sociaal gedrag. Onkundige ouders zijn minstens net zo gevaarlijk als automobilisten
zonder rijbewijs. Als dat er net zoveel zouden zijn als er onkundige ouders zijn zou het verkeer vele malen gevaarlijker worden
dan het nu, ondanks de reglementen, al is.
2.) ONGELUKKIGE EN A-SOCIALE KINDEREN.
Onbekwame ouders brengen
ongelukkige en a-sociale kinderen voort. Alleen daarom al zouden onbekwame ouders het verboden moeten worden om kinderen
te baren als ze dat zo uitkomt. De kinderen zijn de toekomst van de samenleving en wanneer een maatschappij daar niet in investeert
mag deze nooit verwachten een evenwichtigheid te bereiken die in meer ontwikkelde samenlevingen wel heerst: een zonder criminaliteit
en oorlog. Wij in het westen geloven niet eens dat dat mogelijk is: een wereld zonder criminaliteit en oorlog. Dat komt
omdat we in zekere zin allemaal afkomstig zijn van onbekwame ouders. Er zijn natuurlijk wel bekwame ouders, maar over het
algemeen worden zij geheel overschaduwd door de grote meerderheid die alleen maar voor zichzelf leeft en geen boodschap heeft
aan angsten en negatieve gevoelens de baas te kunnen of behoeftes en rechten van anderen, met name hun eigen kinderen. Bekwame
ouders zijn te herkennen aan de rust die ze uitstralen. Hun kinderen zijn te herkennen aan de rust die ze in hun gedragingen
hebben, en de afwezigheid van elke zucht naar sensatie. Veel ouders en opvoeders gaan slechts om met hun kinderen als een
politieagent of gevangenisbewaker. Ze communiceren voor het grootste deel door ge- en verboden te spuien, waardoor het kind
immuun wordt voor correctie en sociaalkundig en educatief verarmt. Of ze verdrinken de relatie in een machtsstrijd waarin
zijzelf voor de buitenwereld de goedoppassende ouder of verzorger spelen, maar in werkelijkheid de kinderen opvoeden in een
wereld van beschuldigingen, schuldgevoelens, straf en liefdeloosheid. Deze kinderen zullen niet alleen een ongelukkige jeugd
kennen, en als volwassene aan een grote tekortkoming in levenskwaliteit lijden, maar later zullen zij hun kinderen ook weer
op die manier opvoeden en mishandelen. Autoritair gedrag is veel gevaarlijker dan zij lijkt: zij is immers overdraagbaar!
De bron van alle opvoedingsproblematiek is het recht en het belang van de heterofiel en autoriteit om klakkeloos de baas te
kunnen spelen over de nieuwkomers in onze maatschappij, zonder een andere verantwoording te hoeven af te leggen dan de wettelijke.
Zolang zij het recht behouden zomaar kinderen te nemen, zoals men een nieuwe bank uitzoekt of een andere kleur auto, en ongestoort
hun idealistisch beeld van gelukkig zijn met een familie en kinderen -als een kind dat met een pop speelt net zolang als het
hem behaagt, en het daarna overal maar laat slingeren- mogen botvieren op het nieuwe leven, wiens behoeften zoveel verder
reiken dan de meeste ouders ook maar kunnen voorstellen, zolang zullen de meeste kinderen tekorten oplopen in hun opvoeding,
en opgroeien tot ongelukkige, a-sociale en onvolledige volwassenen, die de samenleving begiftigen met een psychisch en sociaal
ondermaats niveau, en zelf weer kinderen ter wereld brengen die van een zelfde symptomatologie blijk zullen geven. In alle
discussies omtrent kindermishandeling en onhandelbare jeugd waarin geen oplossing wordt gevonden voor de onkunde van de heterofielen
-die als enige '-fielen' nageslacht voortbrengen- mis ik het ter discussie stellen van dit (gewoonte-) recht. Geen professor
of journalist die tornt aan het recht van vrouwen, ook zij die in het verleden duidelijk blijk hebben gegeven van die onkunde,
door mishandeling of nalatigheid, de opvoeding van alweer een voor de geestelijk ontwikkelde samenleving verlorene ter hand
te nemen.
3.) GEZIN EN SEXUALITEIT.
De sexualiteit van een gezinsstructuur tekent zich voornamelijk door
de heterofiele onderhouding tussen de ene hetero volwassene en de andere. Daarbuiten worden geen sexuele contacten gedoogd.
Het is vaak een grote schande voor de buitenwereld als bekend wordt dat mevrouw die en die met zoveel kinderen er ook maar
een vriend op na zou houden. Gelukkig zijn er ook relaties waarbij dat wel kan, maar deze houden dat dan meestal voor zich
en zijn niet bepaald tekenend voor het ideale gezin in de ogen van de samenleving. Dat de kinderen sexuele behoeftes hebben
wordt algemeen wel onderkend, maar is niet alleen een grote schande maar tevens bij de wet verboden. Een jongen van 13 of
14 die sexueel contact of experimenten heeft met z'n vriendinnetje van een jaar jonger wordt tot zijn 21e van z'n ouders weggenomen
en in een gesticht opgesloten. Wanneer diezelfde jongen sexuele spelletjes zou verkiezen met een jongen die een of meer
jaar ouder dan hem is, is hij voor de wet plots een slachtoffer van die oudere jongen die op zijn beurt tot z'n 21e wordt
opgesloten. Sex is voor kinderen verboden, ze krijgen dus ook niet de kans het te leren. Afgezien van de frustratie die
het -ook bij kinderen- geeft als je zin hebt in sex en dat niet kan of mag, heeft dit verbod een zeer grote negatieve invloed
op het sociale niveau van onze samenleving. Over sexualiteit wordt in het algemeen weinig meer gesproken dan het bijkomende:
hetero, trouwen, monogame liefde of condoomgebruik en geslachtsziekten. Voeg hieraantoe dat er omtrent het onderwerp
sexualiteit nog vele taboes en misvattingen leven, zoals homosexualiteit of groepssex, en je krijgt als vanzelf het beeld
van een groepstructuur waarin mensen jarenlang met elkaar leven terwijl ze elkaar feitelijk helemaal niet kennen. Dus ook
niet kunnen helpen, bijvoorbeeld, en voor een belangrijk deel naast elkaar leven, niet met elkaar! Stuk voor stuk hebben
ze zich aangepast aan de groepsmentaliteit, ter overleving in die groep, en tegelijkertijd hun eigen ik, hun innerlijke al
dan niet bewuste behoeftes en mogelijkheden, genegeerd en verdonkeremaand. En in die wereld groeit het kind op dat in
een samenleving met het gezin als hoeksteen geboren is waarin geen kans is de individuele sexualiteit te ontplooien. Dat gezin
is er voor de ouders, niet voor de kinderen! Het ideale beeld van een jongen of een meisje dat rond hun 16e of 17e jaar plotseling
allemaal de monogame heteroliefde koesteren, met een kleine kans op homosexuele geaardheid, en al het andere ( incl. sex om
puur de behoefte, zonder verliefdheid of trouwplannen ) afkeuringswaardig en minder is, ligt ten grondslage aan de dictatoriale
gedachte welke een valse, dubbele moraliteit in het vaandel draagt, een scherm waaronder vele immorelen - vooral met sexuele
belangen - een goed onderkomen hebben gevonden. Een mooi voorbeeld hiervan is de zgn. 'oppassende' vader, die niet wilt dat
zijn dochter met jongens omgaat, of met bepaalde jongens. Het belang van de vader een nette, getrouwde dochter te hebben weegt
natuurlijk niet op tegen het recht van het kind, zelf te bepalen wat het doet met het eigen lichaam. Toch is het maar al
te vaak zo, dat het overwicht van de vader en de omgeving het kind dwingt tot isolatie, met niet zelden het onaangename gevolg,
dat het meisje later, wanneer ze zelf kinderen heeft, ze diezelfde vrijheid hen tevens onthoudt, enz. enz., zonder dat er
daadwerkelijk een feitelijke verbetering van de capabelheid van het individu in z'n relationele en sociale vaardigheid plaatsvindt. De
frustraties van het kind en de gevolgen die dat heeft op zowel de samenleving als het opgroeiend kind nog daargelaten.
4.)
GEZIN EN SAMENLEVING.
Laat ik ter verduidelijking beginnen met het voordeel van een samenleving die gestoeld is op
de gezinsstructuur. Deze is waarschijnlijk de hoogste kans op overleving van zoveel mogelijk mensen -en zekers niet het hogere
levenspeil van de overlevenden- en heeft niets van doen met persoonlijke overtuiging of universele moraal. Indien wereldleiders
eens psychologen zouden zijn! Maar helaas, net als het volk en zelfs de meeste psychologen kunnen zij niet wennen aan het
idee, dat nageslacht verwekken voor de vleselijke instandhouding van een natie net zo belangrijk is als de persoonlijke beleving
van sexualiteit van het individu die niet tot doel heeft kinderen te produceren en op te voeden, maar de instandhouding van
de geestelijke stabiliteit van de massa! Maar Moedertje Natuur heeft geen enkel belang bij verhoging van de geestelijke
levensstandaard van de mens, zij heeft die mens echter wel behept met het intellect dit gegeven onder ogen te komen, en het
zichzelf zo prettig mogelijk te maken tijdens zijn verblijf op aarde. Het nadeel van een maatschappij, een groep mensen die
samenleven in kleine afzonderlijke groepjes is de adhesie tussen al die afzonderlijke groepjes, die zich allen afwenden van
die maatschappij, en van die samenleving. Alsof een kleinere groep mensen met z'n allen druk bezig zijn met vooral voor zichzelf
te leven en aan samenwerken en samenleven geen boodschap heeft. Dat is een groot nadeel. Vroeger, in de oertijd, maar ook
nu nog, leefde de mens in stamverband. De moeder-kind relatie zal natuurlijk altijd al voor een speciale band hebben gezorgd,
buiten die met andere stamleden om, maar waarschijnlijk zal de gezinsstructuur veel meer verweven zijn geweest met andere
stamleden simpelweg omdat paren en kinderen krijgen twee heel verschillende zaken zijn. Veelwijverij en gemengde paring moeten
er voor gezorgd hebben, dat stamleden familie waren, al was het alleen al, omdat men nog niet wist dat geslachtsgemeenschap
nageslacht opleverde. Later is men dat gaan inzien en nog later heeft men de zedenlijkheidsleer ontwikkelt, maar feit is,
dat wij allen nog een zgn. 'stam-instinct' in ons hebben, en dat dit stam-instinct in de gemiddelde nederlandse woonwijk dusdanig
veel geweld wordt aangedaan dat er van een cohistent, zelfbewust samenhorigheidsgevoel geen enkele sprake kan zijn; veelal
heerst er eerder een vijandige, a-sociale houding, geruggesteund door een lakse overheid die haar aansprakelijkheid in deze
totaal negeert en niet geinteresseerd is in het wel en wee van haar eigen burgers. En daar waar wel een zekere sociale controle
en/of een vorm van (gemeentelijke- of overheids-) bemoeienis heerst, wordt ze vaak een corrupte, inferieure of overregelde,
overheersende instantie. Een kind die in een achterstands-milieu opgroeit heeft lang niet zoveel kans op een menswaardig bestaan
als de enkele, met geestelijk gezonde ouders. Toch wordt van hem hetzelfde verwacht. Meer sociale verantwoordelijkheid
en minder des-interesse vanuit de overheid, politiek, de wetgever, ja zelfs vanuit de economische wereld en vanuit iedere
burger persoonlijk, is te hoog gegrepen daar ons collectief bewustzijn van ons eigen gedrag en psyche zich nog op een veel
te laag niveau handhaaft.
5.) GEEN ALTERNATIEF.
In de zestiger jaren was het leven in een zgn. commune in
zwang. Onderzoekers zouden eens moeten onderzoeken of de kinderen uit die communes nu beter af zijn dan de kinderen die in
een gezin opgroeiden. Maar het is ondoenlijk te verwachten van de mensen in de samenleving dat iedereen in een commune gaat
wonen! Het kenmerk van een gezin is natuurlijk de kinderen die er in opgroeien. Zonder kinderen geen gezin. Wanneer
mensen (bv. politici) beweren dat de juiste maatschappij als een hoeksteen het gezin ziet, bedoelen zij in feite dat de kinderen
de hoeksteen zijn. Maar is deze wereld wel zo een uitgelezen plek om kinderen in groot te brengen? Afgezien van de vele
gevaren die het jonge leven belagen, van vrachtauto's die rechtsaf slaan, verdrinkingsdood door onoplettende ouders, luchtvervuiling
en onderdrukking, zal het kind de a-sociale kant van de maatschappij niet kunnen ontlopen en er ongetwijfeld door besmet worden,
en zijn persoonlijke groei er belet door zien. Ik zei reeds dat het gezin waarschijnlijk ontstaan is door collectieve overlevingsdrang,
niet door hang naar hogere intensiteit van het leven. De meeste ouders nemen kinderen omdat ze anders met de feestdagen
zo alleen zijn! Als dan blijkt dat de kinderen daar niets voor voelen geven ze de schuld aan het gedrag van hun kroost. Terwijl
in feite zijzelf de oorzaak zijn van de scheve basis waarop het bestaan en het uit de opvoeding vloeiend gedrag van hun kinderen
gestoeld is. Wanneer wij toch besluiten een gezin te stichten zouden we ons er feitelijk moeten van gewissen volledig bewust
te zijn van onze tekortkoming kinderen op te kunnen voeden en dat het een ireeel ideaalbeeld is te menen dat er zoiets bestaat
als 'vanzelfsprekende' liefde tussen ouders en kinderen of vice versa. Uw persoonlijke tekortkomingen zullen immer overslaan
op uw kinderen en, terwijl het voor u mag schijnen of hiaten in het gedrag van uw kinderen fouten zijn die fundamenteel hun
oorzaak hebben bij de kinderen, zijn deze altijd terug te beredeneren in tekortkomingen in uw eigen gedrag, wereldbeeld en
opvoedingstechniek. Waarom wilt u kinderen? Is dit voor 100% uit het belang van het nieuwe leven of toch ook uit eigenbelang?
Wanneer u voor 100% uit belang voor de kinderen kinderen op de wereld zet, kunt u dat net zo goed laten, immers, er zijn al
genoeg kinderen en genoeg misdeelde kinderen. Iemand die handelt uit 100% in het belang van de kinderen hoeft geen nieuwe
kinderen op de wereld te zetten, hij neemt genoegen met het zich inzetten voor de vele ongelukkige kinderen die reeds op de
wereld gezet zijn door evenzo misdeelde ouders! Elk eigenbelang in de keuze kinderen te nemen zal later, verholen of niet,
in negatief (bv. a-sociaal) gedrag terug te vinden zijn bij uw kinderen. En wie wilt er nou kinderen, maar met de feestdagen
alleen zijn?
6.) GEZIN EN OVERHEID.
De overheid staat als een morele politieagent naast het gezin: wanneer
de ouders andere ideeen hebben over het grootbrengen en de opvoeding van het kind grijpt ze in (ontvoogding) en meent hierbij
het monopolie te bezitten op de normen en waarden waarin ze zelf zovaak tekort schiet. Daarmee wordt een belangrijk deel van
de rechten en autonomie van en de ouders en het kind afgenomen, en ons een ideeenwereld van goed en fout opgedrongen. Helaas
zijn die ideeen vaak incapabel en inferieur, maar door verdraaiing en bagatellisering anders voorgesteld en verhuld voor het
grote publiek. Zo vinden een heleboel immorele en in feite criminele autoriteiten een rijke voedingsbodem bij het overnemen
van de inferieure overtuigingen en uitgangspunten die door het Rijk en de overheid gebezigd en in praktijk worden gevoerd. In
de praktijk betekend dit dat de kinderen uit huis worden geplaatst (tegen hun zin in) en onder streng en onmenselijk regime
worden geplaatst, terwijl zij naar de buitenwereld doet toekomen alsof het kind wordt beschermd tegen de eigen ouders, terwijl
er alleen al in Nederland jaarlijks tientallen kinderen (zoniet meer, maar verhuld) door eigen ouders om worden gebracht en
vermoord (veelal doodgeslagen-lees doodgemarteld), en de kinderen in tehuizen en inrichtingen een nare jeugd hebben. Dat hiermee
onnoemlijk veel kinderleed wordt aangedaan mag hier duidelijk zijn, maar dat de negatieve invloed van al deze (opgroeiende)
kinderen, na enkele decenia op de samenleving desastrieus is, mag hier niet onvermeld blijven, omdat zij te vaak wordt onderschat.
Als bijvoorbeeld politici zich net zoveel zorgen zouden maken over de opvoeding en het welbevinden van de jeugd (omdat
elk kind een volwassen lid van de samenleving wordt) als dat zij zich bezighouden met economische vraagstukken, zou dat niet
alleen voor elk lid van onze samenleving, maar ook indirect voor onze eigen economie, enorme vooruitgang inhouden. Weliswaar
hebben zij vaak de mond vol van het gezin, als hoeksteen van de samenleving en het belang van het kind, dat voorop staat,
echter in de praktijk blijkt dat andere, kortzichtige belangen de onwetendheid over het recht van de jeugdige en het belang
van deze voor de maatschappij en de samenleving sterk overtreffen.(wordt vervolgd)
|
|
|