1.) DE ANTI-SEX MAFFIA.
Van
alle misvattingen en misdaden die autoriteiten over geheel de wereld -zelf onderdrukt en geindoctrineerd of niet- hebben begaan,
van alle leugens en (psychisch en sociaal) misbruik die zij heden ten dage over ons uitspreiden en ons opdringen, van alle
immorele daden en gedachten die zelfs een engel of een onschuldig kind regelrecht de hel in zouden brengen is deze wel de
allergrootste, meestens begaan door hen die zelf, toen ze nog jong waren, zo deerlijk eronder leden: dat enig sexuele neiging,
uiting en/of opvatting voor anderen of henzelf kwetsend, frustrerend of schadelijk kunnen zijn en een zeer hoge strafbaarheidsstellingen
en streng regime legitimeren, ter bescherming van anderen en minderen. De grote mate van machtsmisbruik die autoriteiten
en naasten uit het handhaven van zulks een wetten kunnen distilleren mag hier duidelijk zijn, immers de machtsmisbruiker heeft
zich het monopolie over goed en kwaad toegeeigend en wel over het gevoeligst en delicaatste aspect van het intermenselijk
communiceren en sociaal manifesteren: de sexuele aantrekkingskracht. Daar waar juist de jonge mens, wanneer dat vuur het hevigst
brandt, het kwetsbaarst en het gemakkelijkst te indoctrineren en manipuleren is, wordt zij bejegend door een overmacht die
alle hemelse vervoering en haast goddelijk genot welke verliefdheid in zich bergt reduceert tot een lage misdaad waarvoor
geen schuldgevoel afdoende is en een sterk afkeuringswaardigheid en bestempeling als afwijkend en abnormaal zou rechtvaardigen.
Of het nu om bloot-affiches bij een reclame-campagne gaat of bescherming van de zogenaamde onschuldige kinderziel tegen
allerlei sexuele uitspattingen, overspel of veelwijferij, nudisme of bepaalde, al dan niet aanstootgevende kleding of gedrag
gaat, de bestraffing van verkrachters of pre-puberaal sexueel gedrag, het verbod op pornografie en prostitutie of de scheiding
tussen geslachten, ik reken ze hier allemaal tot de schijnheilige, onderdrukkende en discriminerende afwijzing van de, wat
ik noem 'anti-sex maffia', die enkel tot oogmerk heeft de sexuele drang en de psychische drang naar liefde bij anderen te
determineren, castreren en verkrachten, ten bate van het eigen (eventueel sexuele-) genot en (sociaal) belang. (De baas spelen
door anderen te beschuldigen). Ik durf hier zelfs gerust zo ver te gaan te beweren, dat de gehele christelijke doctrine
van zeden, zonden en moraal, die ten grondslag ligt aan het conservatieve sexuele denken en het vasthouden aan christelijke
normen en waarden collectief ingegeven is door de hoge mate van eigenbelang welke gepaard gaat met het beschuldigen en mennen
van andermans (sexuele) gedrag. Juist de naaktheid van het sexuele gedrag, en de daarmee samenhangende kwetsbaarheid,
het schaamtegevoel en zondebesef is voor schijnheiligheid en leugen, verholen achter een facade van een in-een-gekunstelde
moraal en voorschrift een dankbare voedingsbodem die niet los te denken valt van ons psychologisch en sociaal manifesteren
en zonder wij het onmogelijk zouden zijn, uberhaupt samen te leven, of het zou moeten zijn in een samenleving die op intellectueel
en psychologisch gebied zoveel hoger zou staan dan onze -westerse en anderssoortige- maatschappij.
2.) HETEROFILIE, HOMOFILIE ENZ.
Dat eigenbelang en immoraliteit niet altijd
aan de basis van onkunde en onjuist inzicht hoeven te staan, bewijst wel het veel voorkomend onbegrip over ons eigen collectieve
sexuele gedrag en belevingswereld, alhoewel je je kunt afvragen in hoeverre mensen er baat bij hebben bepaalde zaken dood
te zwijgen of anders voor te stellen dan ze in werkelijkheid zijn, puur omdat ze te delicaat zouden zijn voor een open beschouwen
en beleven. De begrippen heterofilie, homofilie maar ook pedofilie, gerontofilie en al wat dies meer zij, en hun gebruik
in de volksmond zijn daar een goed voorbeeld van. Toen de eerste psychologen ons sexueel gedrag onderzochten ontwaardden
zij mensen die sex bedreven met mensen van hetzelfde geslacht en mensen die sex hadden met het andere geslacht. De ene groep
noemden zij heterofielen (degeen die sex met het andere geslacht hadden) en de ander homofielen (= van hetzelfde houden).
Wat zij echter niet zagen en erbij vertelden was het feit dat een heleboel van de mensen die tot de ene groep behoorden,
ook tot andere groepen gerekend mogen worden, omdat zij -buiten het gezichtsveld van de onderzoeker- ook tot andere 'soorten
sexueel gedrag' in staat waren -veelal zonder er zelf bewust van te zijn. De sexuele aard van een individu is veel breder
dan een bepaalde vorm en uiting ervan. De homofiele mannen die de onderzoekers onderscheidden waren onderling ook te onderscheiden
in bepaalde groepen van sexuele geaardheden (bondage, poep-pissex, bepaalde leeftijden), net als de hetero-mannen overigens,
en waren in staat om met de jaren en ervaringen hun sexuele gedrag te veranderen, zodat zij de ene keer bij de ene groep zouden
behoren, en de andere keer bij de andere. Grote fout van de onderzoekers is natuurlijk geweest de koppeling tussen 'homo-'
of 'heterofilie' en degeen die ze uitvoert, de zgn. homofiel of heterofiel. Iemand die bijvoorbeeld bisexueel gedrag uitoefent
hoeft niet perse een bisexueel te zijn (ook niet wanneer hij het alletwee best wel lekker vindt (vond), enz., en dat geldt
vooral voor de jonge, onervaren generatie. Het volk, degeen die als groep haar moraal en eigenrecht hoog te houden had,
en de daarinvertegenwoordigde autoriteit, vonden in de terminologie van de -op het verkeerde been gezette- onderzoekers een
dankbaar wapen. Immers, ieder kan zien dat een heterofiel bijvoorbeeld het doet met een vrouw, waarvan hij (zichtbare) kinderen
krijgt. Maar zijn geheime wensen en knipogen naar jongemannen, wat in de meeste samenlevingen niet geaccepteerd wordt, of
de heimelijke liefde die hij koestert voor het minderjarige buurmeisje, is onzichtbaar en wordt vaak strikt gescheiden gehouden
van het persoonlijke leven. De grote misvatting van bijvoorbeeld mensen die onze jeugd sexueel moeten voorlichten of over
hen en over volwassenen moeten oordelen is dat de meeste mensen heterofielen zouden zijn, er ongeveer 5 procent kans is dat
iemand homosexueel is, om over pedofiel of sadist, masochist, bisexueel of leer-freak nog maar te zwijgen. Iemand is niet
homofiel of pedofiel omdat hij bepaalde gevoelens heeft. De sexuele aard van de mens kent een hele andere catalogisatie dan
je al dan niet tot bepaalde menstypen voelen aangetrokken, en is veranderlijk naarmate ervaringen en mogelijkheden toe- of
afnemen. De wezenlijke aard van alle mensen is een bontgekleurde, en niet een strikt afgescheidene. Wanneer de onderzoekers
verder hadden gekeken dan strikt wat er aan de buitenkant te zien was geweest, hadden zij een heel andere groepsverdeling
in kaart gebracht, namelijk niet meer een soort onderscheiding op welk geslacht het met welk geslacht of welke leeftijd het
met welke leeftijd doet of zich aangetrokken voelt, maar hoe ze hun gevoelens uiten of de relatie onderhouden, of uberhaupt
sexualiteit beleven. Afgezien van of iemand bisexuele gevoelens in praktijk brengt of intiem is met minderjarigen zal
hij of zij ook bijvoorbeeld ingedeeld kunnen worden in groepen die zich onderscheiden door hun activiteit dan wel passiviteit,
leidend of meegaand zijn, inhalerig, alleen op de eigen behoefte gericht en narcistisch dan wel op de vlakte en enigszins
afstandelijk. Mensen kunnen heel erg gefocust zijn op een zeer lage behoeftebevrediging, of sex op een onaardse, haast trancedente
en meest goddelijke manier beleven. Het hoeft hier zekers geen betoog dat het verschil tussen twee van deze uitersten net
zo groot is als het verschil tussen man en vrouw! Het publiek (van de onderzoekers en psychiaters), het volk en de mensen
(ons collectief onbewuste), die ontegenzeggelijk ook het leven en de jeugd -wanneer die sexualiteit zo prominent aanwezig
is- van de nobele lezer (hebben) beinvloed(-en), is natuurlijk niet geinteresseerd in de kern van de waarheid. Zij en
elk individu en lid van de samenleving is altijd geneigt het eigenvoordeel uit de werkelijkheid te filteren en die werkelijkheid
naar eigen believen en belang (en op het gebied van de sexualiteit is dat belang niet onaanzienlijk) te kleuren en te verdraaien.
Ik las eens op een internetsite de visitekaartjes van honderden (meestal jonge) mensen, die zichzelf voorstelden aan de
hand van een vragenlijst waartussen ook de sexuele aard werd gevraagd, en het viel me op dat iedereen (vanaf twaalf jaar)
ingevuld had heterosexueel te zijn en werkelijk niemand het had aangedurfd homosexueel -laat staan nog iets anders- in te
vullen. Nog steeds worden jongens (door vriendjes, maar ook door meisjes) uitgescholden voor homofiel en allerlei nare
variatie's op die benaming en heerst er een groot taboe op niet heterofiele, niet monogame sexualiteit en deze is zelfs -in
bepaalde sociale kringen- onderwerp van hoge hilariteit, bespotting en stoerdoenerij! Het lijkt geen twijfel dat de waarheid
voor zover het de eigen (homo-)sexualiteit betreft hier allerzins verdraaid wordt om zo toch maar de schande van en het taboe
op een sexualiteit anders dan de gangbare te vermijden. In dit licht komen onze opvoeders ten tonele, die niet alleen
tobben met een evenzoveel sociale druk maar ook nog eens met een door eenzijdige ervaringen gevormde onwetendheid en onkunde,
om onze jeugd met een absoluut dezelfde zo niet nog verarmdere kijk op sexualiteit, die totaal niet aansluit op hun innerlijke
belevingswereld, op te zadelen, met veelal desastreuse gevolgen die we gereflecteerd kunnen zien in hun sexueel en sociaal
gedrag. Zo wordt de wereld nooit beter! Integendeel: de tendens van aanpak van opvoeding in openbare discussie's is er
een gekant tegen de enigzins vrije pedagogiek van de zeventiger jaren, waarin vrije sex (ook voor kinderen en minderjarigen)
gepropageerd werd, met als gevolg dat wanneer je nu bij een groep jongeren navraagt, wat hun sexuele geaardheid is, minstens
de helft de waarheid niet zegt: geen woord over masturbatiespelletjes met vriendjes of hevige gevoelens en aantrekkingskracht
voor zogenaamd afwijkend sexueel gedrag. Om nog maar niet te praten over de kennis die ze bezitten over sexualiteit in het
algemeen en hun daaruitvolgende moraal, norm en waarde. Dat kan ook niet wanneer we ons oor te luisteren leggen bij de
doorgaanse onderwerpen die hoofdzakelijk aan de orde komen in de leerstof die opvoeders bij het sexueel voorlichten hanteren.
Er wordt er direct van uit gegaan dat sexualiteit in de eerste plaats monogame heterofilie betreft met als gevolg het bevruchten
en de daaruitvolgende geboorte van een kindje, en van de verkeerde veronderstelling dat de meeste mensen van nature heterosexueel
zijn. Wanneer de negatieve beeldvorming en daarmee gepaard gaande opdringing van ideeen en moraal over wat goed en slecht
(afwijkend) is niet dan al aangesneden wordt door de les bij sexueel misbruik te leggen en met het accent op wanneer meisjes
en kinderen iets niet willen en sex niet gepast zou zijn, licht de hedendaagse opvoeder de jeugd voor over nog meer a-sexuele
onderwerpen: condoomgebruik, ongewenst zwangerschap en geslachtsziekte, zaken die allemaal bij een ander sexueel gedrag dan
die heterosexuele, op het krijgen van een baby gerichte alsvanzelf vermeden worden: bij een open beleving van sexualiteit
(ook in de minderjarigheid) zal geslachtziekte makkelijker vermeden kunnen worden, kinderen krijgen helemaal niet noodzakelijk
zijn en sexueel misbruik en ongewilde sex geaccepteerd zijn, simpelweg omdat er nog zoveel ander (sexueel) genot is, en misbruik
geen werkelijke bevrediging geeft! De hedendaagse opvoeders gaan van dezelfde misvatting uit als die gedragonderzoekers
deden en spelen daarmee keurig in op de groepshierarchie die bij jongens en meisjes toch al zo speelt, met op de achtergrond
de heterocultuur die in zwaar a-sociale milieu's welig tiert, en het feitelijke verbod op sexuele relatie's met minderjarigen
en volwassenen. Meisjes zullen altijd geneigd zijn uit sexueel belang er bepaalde normen op na te houden, omdat de nadelen
van het onderhouden van een in zijn essentie immorele overtuiging bij lange na niet opwegen tegen het gedwongen onthouden
van enig sexueel contact. Terwijl jongens door hun macho-gedrag zich maar al te graag laten onderwerpen aan de meisjes en
hun hetero-cultuur. Sexuele relatie's worden niet aangemoedigd en bestaan veelal in het geheim. Sexueel misbruik wordt een
opgedrongen idee, waarbij men het bijkans laat voorkomen alsof meisjes nooit wat willen en jongens altijd, en de wezenlijke
copulatie als enig alternatief voor masturbatie is, terwijl sex zo vaak dichter bij affiniteit en nieuwsgierigheid ligt dan
bij het feitelijke binnendringen van de penis in schede of achterwerk! Door de a-sexuele maatschappij die ook nog eens sexuele
normen propageert en opdringt (door de wet!) ontstaat er voor de nieuwkomers een sexueel luchtledige, waarin misvatting en
waanideeen de boventoon vormen boven zelf ervaren en experimenteren, angst en frigiditeit boven open staan voor eigen gevoelens
en sexuele naastenliefde.
3.) SEXUELE AFWIJKINGEN EN SEXUELE
OPOFFERING.
Het gevolg van de a-socialisering, a-sexualisering
en moralisering van het algemeen sexueel gedrag is tweeerlei: de zedelijkheidswetgeving die samengaat met zedendelicten, waarbij
moet worden opgemerkt dat niet de zedelijkheidswetten een gevolg waren van de sexuele delicten die er ontegenzeggelijk altijd
geweest moeten zijn, maar juist andersom: dat door de zedelijkheidswetgeving en de beknotting van het collectief sexueel gedrag,
het manipuleren en cultiveren van het uiten van sexuele impulsen welke niet te onderdrukken zijn, en waarvoor altijd iets
anders voor in de plaats terugkomt -in de vorm van a-sociaal of crimineel gedrag, juist zedendelicten voortkomen. Net
als bij drugscriminaliteit die er niet meer is wanneer drugs niet meer verboden zijn, zal sexueel misbruik en verkrachting
niet meer in de zelfde hoedanigheid voorkomen zoals ze dat nu doen, omdat er geen redenen -geen tekorten- meer zijn om tot
een delict te komen. Om te begrijpen hoe een samenleving zonder zedelijkheidswetgeving toch een samenleving kan zijn waarin
criminaliteit steeds minder voorkomt, totdat zij tenslotte zo zeldzaam is dat ze te verwaarlozen valt, zonder dat daar dwang
en controle van bovenaf voor nodig is moet ik eerst twee zaken uit de doeken doen om duidelijk te kunnen maken wat ik
bedoel. Sexuele afwijkingen en sexueel misbruik zijn fenomenen die in de natuur niet voorkomen: zij zijn het product van een
collectieve wijze van denken die niet gerelateerd is aan het brede spectrum van waaruit de werkelijkheid bestaat. Die werkelijkheid
draagt inzichzelf beide aspecten van de negatieve kant van sexualiteit: het lijden en het genieten en voordeel van ondervinden,
plus hun causale gevolgen waarvan wij allen de invloed van ondervinden. (bij positief: van genieten en bij negatief: aan lijden).
Met andere woorden: het meisje dat de ene maal misbruikt wordt door haar oom draagt in zich de vrouw die -wanneer ze er
groot belang bij zou hebben en bijna zeker wist dat ze ongestraft zou kunnen blijven- op een ander tijdstip en in een andere
situatie, bijvoorbeeld weer (sexueel) misbruik van een jongeman zou maken, en de oom die haar jarenlang misbruikte zal daardoor
bijvoorbeeld veel opgewekter en socialer zijn dan wanneer hij jarenlang gedwongen was solitair en celibaat te leven en zijn
omgeving heeft van deze opgewektheid weer kunnen profiteren, in plaats van opgescheept te zitten met iemand die innerlijk
zo lijdt, dat ook z'n omgeving, door a-sociaal en/of crimineel gedrag, er vroeg of laat mede aan zal lijden. En de term
'sexuele afwijking' kan misbruikt worden door mensen die aan de buitenkant de algemeen aanvaarde moraal propageren om daardoor
heimelijk zich over te geven aan egoistisch sexueel gedrag. Sexuele opoffering is een term welke voor de meeste lezers nieuw
in de oren zal klinken, maar bij nader inzien toch kunnen herkennen in de beste relatie's die ze gehad hebben. Wanneer
je erg veel van iemand houdt kun je dingen doen voor hem/haar, die je eigenlijk niet fijn vind om te doen, maar omdat je zo
van hem houdt toch doen, als opoffering. Zo kun je jezelf misbruikt voelen door iemand -iemand die je ook misbruikt heeft
en daarvoor misschien niet eens gestraft werd- en door de kennis die je hebt over goed en kwaad in de wereld en in jezelf,
hun begrenzingen en gebieden, waarin ze in elkaar overlopen, het besef hebben niet werkelijk misbruikt of meer misbruikt dan
anderen te zijn. In feite is sexueel misbruik niet relatief wanneer men beseft dat men zelf ook in staat en geneigd is sexueel, sociaal
of maatschappelijk (financieel) misbruik van anderen te maken en dat ook doet. De belangstelling die het item sexueel
misbruik in de media en bij de overheid en allerlei instantie's heeft staat in geen verhouding tot de aandacht die andere
soorten van misbruik treft, terwijl deze schadelijker is voor de mens en haar samenleving, en is dus geheel willekeurig. (wordt vervolgd)
|