1) WILLEKEUR.
Iedereen,
ook een agent of opsporingsambtenaar, is altijd onderhevig aan willekeur. De een zal hij vriendelijk en sociaal vinden, en
dus willen helpen en beschermen, terwijl hij tegen een ander immoreel is, omdat hij hem op zijn beurt van immoraliteit verdenkt.
Maar ook angst speelt bij willekeur een rol. Of de ernst van het al dan niet gepleegde misdrijf. Of prioriteit van het gepleegde
misdaad of overtreding. Of de bedektheid en verhuldheid van een (mis-)daad. Willekeur is het eerste en grootste obstakel
voor een rechtvaardige wereld door middel van strafrechtpleging, en infecteert iedereen die zich inlaat met opsporing of wetshandhaving.
Deze treft natuurlijk niet alleen agenten van politie. Ook rechters, advocaten, medewerkers van het openbaar ministerie, politici
en de man van de straat zijn in hun oordelen altijd onderhevig aan willekeur, kieskeurig en daarom fundamenteel immoreel,
discriminerend en altijd onrechtvaardig. Een tijdje geleden riep de overheid oa. in het vervoer door middel van posters
en reclame de burgers op bij geweld in openbare ruimtes zelf in te grijpen en de politie te bellen. Een hopeloze oproep van
een overheid die niets snapt van de gevolgen van het eigen falend beleid in het verleden, laat staan dat de dames en heren
doorhebben, dat de verruwing van de samenleving en het alom wijdverbreid expanderend a-sociaal en crimineel gedrag het directe
gevolg zijn van dat sociaal en juridisch falend beleid in het verleden, met tot op de grondslagen van hun collectieve gedachtengangen
en ideeen -voor het merendeel afgekekene van de (voor-)ouders- inferieure mens- en wereldbeelden en een compleet verdraaide
kijk op de werkelijkheid. Want niemand is in staat objectief (en dus rechtvaardig) te (ver)oordelen en wij allen worden
door 'het kwaad', dat zich natuurgetrouw verhullend afspeelt, met opzet om de tuin geleidt! Een waarnemer van een
delict -hoe klein ook- zal geleidt worden door a: angst. Wanneer zo iemand een groep jongens iets ziet doen wat niet mag
-bij hem in de straat wellicht- zal hij onherroepelijk geneigd zijn te doen alsof hij niets gezien heeft en doorlopen, terwijl
de overlast van iemand, waar hij niets van te duchten heeft vroeg of laat uitmond in een beklag. b: voorkeur. Wanneer hij
een vriend of iemand wiens goeddunken hij zeer belang bij heeft iets illegaals ziet uitvoeren zal hij altijd (in veruit de
meeste gevallen) niet optreden en doen alsof hij niets gezien heeft, en bij het getuigen zijn van een misstap van een van
zijn vijanden, iemand waarbij hij een groot belang heeft dat-ie een tijdje in de gevangenis verblijft of iemand die hij niet
mag of wiens gezicht hem niet aanstaat, zal hij eerder geneigd zijn aangifte te gaan doen. Maar ook als het slachtoffer
een in zijn ogen 'slechterik' is of juist een vriend zal hij in veruit de meeste gevallen immoreel handelen en volgens het
eigen (inferieure) rechtsgevoel. Ook het prioriteitenbeleid van justitie, waar (door tekort aan werkkracht) bij een minder
belangrijke overtreding niet wordt opgetreden is een vorm van voorkeur en dus tekortdoen en onrechtvaardig (en deze onrechtvaardigheid
in de hand werkend). En c: onwetendheid. Achter de rug van ieder gebeuren zaken welke hij niet ziet. Wanneer iemand ziet dat
een of gene geslagen wordt en er zich mee bemoeit en op de dader afstapt zal hij meteen aannemen dat degeen die begon met
slaan de schuldige is, terwijl hij niet gezien heeft wat zich voorafgaand aan de gebeurtenis plaatsvond. Laat ik met een
voorbeeld mijn hypothese bijlichten met een verhaal, dat ik ooit eens ergens gelezen heb (ik heb het dus niet zelf verzonnen!). Ik
laat u een beeld zien van een heks, die kinderen gevangen houdt in een kille kerker onder haar huisje. Wat is uw reactie?
Nu laat ik u ditzelfde tafereel zien, maar vertel er eerst bij dat die kinderen feitelijk slechte demonen (of entiteiten)
zijn die de mensheid willen vernietigen en dat de heks een betoverde engel is die voor het goede en de mensheid streeft. Uw
reactie, bij hetzelfde beeld, nu, is heel anders en geheel in tegenspraak met die u eerst gaf. Terwijl u beide keren ervan
overtuigd bent getuige van een 'slechterik' te zijn: de eerste maal dacht u dat de heks de boze was, de tweede keer wist u
dat de kinderen demonen waren. Nu vertelt iemand anders u -voordat ik u wijsmaak dat die heks in werkelijkheid een goede
fee is- dat ik een aardsleugenaar ben en een bloedhekel aan kinderen heb. En weer verandert uw opvatting van wat er werkelijk
gebeurt bij hetzelfde beeld van de heks met die kinderen dat u aanschouwde. In werkelijkheid heeft alles dat u ontwaart
zulk een voorgeschiedenis en reageert u nooit naar wat zich heeft afgespeelt maar naar wat er in uw geesteswereld speelt,
en heeft uw daad bij ingrijpen nimmer een legale basis. Wanneer nu mensen worden opgeroepen anderen -waarvan zij denken
het kwaad te vertegenwoordigen- bij de overheid aan te geven -of dat nu vrijdenkers in een totalitaire maatschappij zijn of
wetsovertreders in een democratie- vechten zij in werkelijkheid niet tegen het kwaad -wat dat dan ook mogen inhouden- maar
vormen slechts het gereedschap voor het vooropgezette, verhulde en betrekkelijk 'kwaad'.
2) VALS BESCHULDIGEN.
Hoeveel
mensen voor het gerecht verantwoording hebben moeten afleggen voor het andermans valsbeschuldigen weet ik niet, zeker is dat
het insinueren en suggereren totaan het daadwerkelijk al dan niet verhuld valselijk beschuldigen (vals beschuldigen is verhuld
wanneer ze bv. in een vraag geweven is, bijvoorbeeld: "Hoeveel overvallen heb je gepleegt?" of: "Hoevaak heb je haar misbruikt?",
maar ook wanneer zij tussen neus en lippen geuit wordt -onbewijsbaar en onvervolgbaar.) wijdverbreid in alle lagen en sectoren
van de maatschappij talrijk moet voorkomen. In sommige Amerikaanse staten is de uitvoering van de doodstraf aan ter dood
veroordeelden opgeschort omdat de mensen eindelijk begrepen dat er talloze onschuldigen waren terechtgesteld, en misschien
nog wel meer! Als men bedenkt hoeveel mensen er aan onderzoek en uiteindelijke veroordeling meewerken kan men constateren
hoe inferieur zo een rechtssyteem functioneert, door tal van menselijke oorzaken. Om nog maar niet te denken aan het feit
dat al deze mensen, die onschuldigen bewijsbaar vals hebben beschuldigd, nooit ter verantwoording geroepen zijn, maar in tegendeel:
nog steeds werken op machtige positie's vanwaaruit zij hun criminele daden veelvuldig op onschuldigen kunnen verrichten. Een
wel heel bizar gevolg van veelvuldig en langdurig valsbeschuldigen is de valse bekentenis, waarbij de onschuldige door psychische
druk van zijn verhoorders daden gaan bekennen die hij nooit beging. Ook zullen mensen als individueel lid van een groep
of samenleving natuurlijk nooit allemaal hetzelfde aantal malen vals worden beschuldigd of valselijk in staat van beschuldiging
worden gesteld. Een grote groep van de mensen zullen een gemiddeld aantal keren vals worden beschuldigd van iets, onbenulligs
of van zwaar belang. Een kleinere groep zal meer of juist minder worden beschuldigd in zijn leven, terwijl een kleine uitzonderingsgroep
extreem veelvuldig zal worden valsbeschuldigd door zijn omgeving en steeds van iedereen van alles beschuldigd worden. En
juist deze kleine groep, die extreem vaak door het collectief onbewuste van de groep altijd worden aangewezen als zondebok,
hebben een grote invloed op het gedrag van alle mensen en kunnen extreme misdaden begaan. Omdat er in een maatschappij die
zo in zijn fundamenten rust op het beschuldigen en beschuldigd worden de uitzonderlijke individuele gevallen veelvuldiger
gaan voorkomen gaat ze altijd gepaard met een verhoogde en verharde criminaliteit. Hier is sprake van een piramyde-effect. Tenslotte
mag hier nooit de grievende en stuitende inwerking van het valselijk beschuldigd worden worden gebagatelliseert. Vaak zal
de politie niet eens 'sorry' in de mond nemen na constatering dat ze er weer eentje te pakken hebben. Nog vaker zullen ze
zo iemand uit angst voor gezichtsverlies of de overtuiging, dat hij 'dan wel iets anders geflikt zal hebben waar wij niet
achterkomen', wanneer het mogelijk is, toch z'n -onterechte- straf laten uitzitten.
3.) MACHTSMISBRUIK.
De
nadelen op een samenleving welke een fenomeen als machtsmisbruik heeft is natuurlijk zo groot en ondermijnend op het gebied
van rechtszekerheid, dat deze alleen al verreweg de voordelen van een rechtssysteem overtreft. Te noemen zijn o.a. : willekeur,
klasse-justitie, ambtenaren die elkaar 'dekken' alsook onwil van politiefunctionarissen en prioriteitenbeleid, alsook ongeoorloofde
opsporingsmethoden. Maar bovenal wordt macht misbruikt door de grootste groep, de sterkste, in deze Justitie en haar medewerkers,
die voorstanders van het inferieure strafrechtsysteem zijn, omdat zij daar belang bij hebben en menen deze immorele misdaden
geheel straffeloos te kunnen plegen. In allerlei instellingen houden zij mensen (volwassenen) en kinderen gevangen, vaak onder
gedwongen medicatie, en moreel verdedigd met halve waarheden en leugens over mens en maatschappij en recht en onrecht. Dat
dit machtsmisbruik een desastreuse invloed mag hebben op het geestelijk welbevinden en dus het moreel besef van geheel de
bevolking mag hier overduidelijk zijn.
4.) BEDREIGENDE INVLOED.
De wet hangt als een zwaard van Damocles
boven de meeste criminelen. Vaak zullen zij nog ergere misdaden begaan om maar uit de gevangenis te blijven. Veel misdaden
zouden nooit begaan zijn als de crimineel niet onder de dreigende spanning van langdurige gevangenisstraf had gestaan.
Maar ook in situatie's waarin niet-criminelen geraken kunnen kan de dreiging van vervolging immoreel gedrag en zelfs criminaliteit
doen ontstaan.
5.) NIET ALTIJD WAARHEIDSOPHELDEREND.
In veel gevallen waarin misdaad een rol speelt zal
de wereld nimmer de echte waarheid en achtergrond kunnen kennen. Ook niet als er mensen in de gevangenis komen,waarbij de
kans dat er onschuldigen worden gestraft en misdadigers vrijuit gaan het hoogst is.
6.) DE PERFECTE MISDAAD.
Er
zullen altijd mensen zijn die denken ongestraft een misdaad te kunnen plegen. Hiertegen is geen enkele wet of straf tegen
bestand. De gezagsbekwaamheid van een overheid die weet hoe de burger te instrueren zodat deze niet de behoefte voelt een
misdaad te begaan is de basis die ten grondslag ligt aan de oorzaken van dit soort misdaden en (overtredingen!).
7.)
CRIMINEEL VOORDEEL.
Juist als iets verboden is kun je er geld mee verdienen. Goed voorbeeld hiervan is de drugscriminaliteit.
Wanneer je iets verbiedt, heeft dat altijd tot gevolg dat er andere slachtoffers vallen, soms zelfs meer. Hoeveel slachtoffers
heeft de opiumwet de afgelopen veertig jaar niet voortgebracht? En hoeveel prooien zou het vrije drugsgebruik Nederland hebben
opgeleverd, hoeveel meer dan het nu reeds doet?
8.) COLLECTIEVE VERANTWOORDELIJKHEID VERSUS DE INDIVIDUELE.
In
Nederland kennen we niet de collectieve rechtsspraak. Groepen mensen kunnen dus nooit ter verantwoording geroepen worden.
Bij een schuldvraag bij b.v. een ramp zal de groep altijd opzoek gaan naar individuen of kleine groeperingen om de schuld
aan te geven, als er iemand moet boeten. Omdat er vaak grote belangen mee gebezigd zijn en het voor de grootste groep in een
democratie erg gemakkelijk is om collectief anderen te (vals-) beschuldigen treffen wij dit 'groepsmisbruik' veel aan in de
maatschappij.
9.) VALSE BEKENTENISSEN.
Om van het mensonterend verhoor af te zijn bekennen mensen vaak
dingen die ze niet gedaan hebben, of bezwijken aan de verleiding van beloofde strafvermindering. In Amerika zullen de meeste
onschuldige verdachten vaak akkoord gaan met een beschuldiging, omdat ontkennen meestal een hogere straf inhoudt. Maar
ook zijn er mensen die vanwege hun psychiatrische achtergrond valse bekentenissen plegen. Of kunnen hele jonge personen en
minderjarigen door de bejegening van politiepersoneel sterk in hun visie op de werkelijkheid worden beknot.
10.)
MARTELINGEN.
Om bekentenissen af te dwingen worden vaak onmenselijke misdaden gepleegd door autoriteiten en gezagsdragers.
In andere landen gebeurd dat vaak niet eens meer in het geniep, maar in Nederland zal de politie verholen en onzichtbare martelingen
gebruiken in bepaalde gevallen. Maar ook een onmenselijk gevangenisregime lees geestelijke en lichamelijke mishandeling totaan
moord en (mede-) schuld aan moord of dood horen hierbij. Dat de gevangenissituatie een kweekvijver vormt voor verhuld immoreel,
kwetsend en onrechtvaardig gedrag bij mensen die dagelijks in de nabijheid van en met delinquenten werken, welke overgeleverd
zijn aan de nukken van hun cipiers mag hier overduidelijk zijn.
11.) WETTIGE CRIMINALITEIT.
Zaken die niet strafbaar zijn maar wel kwetsend of provocerend
of gewoon zeer a-sociaal zullen beter gedeien als ze niet ook bestraft worden. Pesten bijv kan tot crimineel gedrag leiden
bij slachtoffers. Het behoeft hier geen betoog dat iemand die zelf veel mishandeld, beschuldigd (vitten) of gepest is,
bij een misdaad die in relatie staat tot die mishandeling, dat gevit en gepest, nooit net zoveel schuldig kan zijn als iemand,
die veel minder of (bijna) nooit werd mishandeld of gepest.
12.) DE ONSCHULDIGE MORAAL.
Iemand die anderen verteld dat ze dit of dat niet mogen doen plaats zichzelf
als het ware op een voetstuk van onschuld. Aan een autoriteit wordt niet gauw getwijfeld. Anderen bedreigen met strafbare
feiten geeft iemand veel macht die hij net zo goed misbruiken kan en ook zal (achter een facade van legaal gezag), als het
hem beter uitkomt. Zo kunnen autoriteiten veel macht naar zich toetrekken zolang zijzelf maar anderen blijven beschuldigen,
terwijl de gronden waarop zij dit doen altijd op zijn minst discutabel en in ieder geval onbewijsbaar zijn. (Verdeel en heers.)
13.)
DOOR VERBOD VERKNIPTE MENSEN.
Veel zedendelinquenten bijvoorbeeld zijn door hun levenslange verbod op sex, waar
geen mens zonder kan, zo verknipt geworden dat ze door de wetgever zo gevaarlijk geworden zijn. Wanneer deze mensen op een
normale, vriendschappelijke wijze in hun sexuele behoeften konden voorzien zouden zij nooit tot dwang en (gewelddadige) overheersing
gekomen zijn.
14.) POSITIEVE INVLOEDEN DIE VERDWIJNEN.
Wie tegenwoordig als alleenstaande man een snoepje
of cadeautje geeft aan zomaar een lief kind, kan van de vreselijkste dingen worden beschuldigd. Zo zullen er minder aardigheden
tussen mensen plaatsvinden door het strafrechtsysteem.
15).VERSCHEIDENHEID DER WET.
De wet is overal weer
anders. Iets dat hier als puur slecht gezien en benaderd wordt, is ergens anders de normaalste zaak van de wereld. Zo ben
je met een vriendinnetje van 15 in de ene staat in de USA een notoire kinderverkrachter, terwijl je in de andere staat wellicht
gevraagd wordt wanneer jullie gaan trouwen. Ook veranderd de wet met de tijd. Homofilie bijvoorbeeld was totaan 1972 in
Nederland een geestesziekte en een misdaad. Nu is het zelfs verboden te beweren dat homosexualiteit een geestesziekte is omdat
dat als discriminatie geldt. Over de verantwoordelijkheid van de functionarissen die hebben meegewerkt om het regime van voor
'72 in stand te houden en uit te voeren (in wezen dus een misdadig regime, schuldig aan het discrimineren en vervolgen van
volkomen legale en gezonde medeburgers) wordt nooit meer gerept.
16). SUBJECTIVITEIT VAN DE RECHTER.
Een
eerlijk proces valt of staat natuurlijk bij de objectiviteit van de rechter. Als die niet objectief is, kan het proces nooit
eerlijk zijn. Een rechter is per definitie natuurlijk nooit objectief. Waarom stuurde de duitse rechters in de oorlog communisten
naar de gevangenis? En de geallieerden na de oorlog de duitsers weer? En hoeveel duitse rechters in de oorlog hebben mensen
voor pornografie opgesloten? En hoeveel nederlandse rechters doen dit heden?
17.) EIGENBELANG.
Het hele
apparaat justitie is in feite een verzameling mensen die met z'n allen een bepaalde denktrand in praktijk brengen. Als ze
dat niet meer kunnen doen staan ze op straat en kunnen naar werk gaan zoeken. Al die mensen zullen immer volhouden dat hun
praktijk moreel houdbaar is. Alleen al omdat deze individuen anders zelf beschuldigd kunnen worden van allerlei immorele,
onwettige en in ieder geval onmenselijke daden.
18.) AFPERSING.
Naast de doorgaande afpersingspraktijken
waarbij door criminelen geld gevraagd wordt voor het zwijgen, werkt de wet het zgn. psychisch en sociaal afpersen in de hand.
Onwettige of a-sociale gedragingen moeten dan worden geaccepteerd teneinde van vervolging te worden gevrijwaard. (Als jij
dit doe ga ik naar de politie - dus ontstaat er een machtsvacuum.) Komt veel meer voor dan de gewone afpersing en is sociaal
gezien ook veel destructiever.
19.) HET NUT VAN GEVANGENISSTRAF.
De vraag of gevangenisstraf, en zekers
langdurige gevangenisstraf, wel nut heeft en de veroordeelde ook daadwerkelijk van het criminele pad afhoudt houdt maar weinigen
bezig. Daar de veroordeelde met z'n vrijheid ook een groot deel van z'n gezondheid moet afstaan, omdat hij geen of te weinig
frisse lucht, beweging en sociale contacten krijgt, betwijfel ik dat ten sterkste. Dus afgezien van een psychologisch negatief
effect heeft isolatie ook een diepgaande, negatief invloed op de lichamelijke gezondheid van een mens en zijn gedrag, en dus
op die van de hele maatschappij. Geldingsdrang van slachtoffers en rechters echter maken dat zij dit gevolg totaal niet willen
inzien, en slechts hun eigen persoonlijke gevoelens en ideaal bevredigd willen zien, ten koste van het individu en dus ten
koste van de gehele maatschappij.
19a) NUT EN WERKING VAN HET GEVANGENISSYSTEEM.
De voorstanders van het
strafrechtsysteem noemen als argument dat iemand nadat hij uit de gevangenis komt wel beter nadenkt wanneer-ie wederom in
de fout dreigt te gaan. Als een soort 'Pavlov's hond' zou hij bij de gedachte een misdaad te begaan het lijden van de straf
associeren en hierbij een afkeer van de daad ontwikkelen. In werkelijkheid hebben wij geen keus (zie pag. Democratie) en
zullen wij allen in gelijke situatie's (en dus met eenzelfde verleden) op hetzelfde moment bezwijken voor verleidingen, ook
al weten we dat daar later evt. straf op volgt. Terwijl de omstandigheden in een gevangenis zowel voor lichaam als geest ongezond
zijn, wat er alleen maar voor zorgt dat het moment waarop iemand een bepaalde discipline niet meer op kan brengen, dichterbij
komt en het individu minder bij kracht is een bepaald gedrag af te leren, dan wanneer het bijvoorbeeld geleerd werd, hoe een
gezond en sociaal leven te leiden en de delinquent de lichamelijke gezondheid werd meegegeven welke de juiste basis voor een
geestelijk meer evenwichtig mens en dus maatschappelijk en sociaal rendabel wordt. Bij overtredingen of misdaden, die zonder
voorafgaand opzet gepleegd zijn, heeft volgens dit argument gevangenisstraf al zowiezo geen nut.
20.) NUT VAN HET
STRAF/BELONING SYSTEEM.
Bij honden zullen over het algemeen de meeste mensen reageren als ware zij de leider van een
roede, anders -zo menen zij- wordt de hond onhandelbaar of vals en weigert te luisteren naar de commando's van z'n baas. De
baas zal de hond leren naar hem te luisteren door hem te straffen -lees mishandelen- als hij iets verkeerd doet en te belonen
-dikwijls met ongezond snoep- wanneer hij doet wat de baas wilt. Er zullen maar weinigen zijn die de hond, zonder straf of
zelfs maar boven hem te staan, als een gelijke zien, die net zo gevoelig is voor leed en genot als hijzelf. Dat de hond, door
hem als gelijke te zien en te behandelen, net zo goed luistert of zelfs nog beter, is iets wat de meeste mensen niet alleen
niet weten, maar ook, indien je het ze zou verklappen, niet bij machte zijn uit te voeren - omdat zijzelf, toen zij klein
waren, autoritair zijn opgevoed en daardoor nimmer het goede voorbeeld hebben gezien. Zo werkt het ook bij de mensen: door
tevredenheid en eigeninitiatief te kweken ipv. dwang en (vaak te strenge) straffen schep je niet alleen gelukkiger en intelligentere
mensen, maar zij zullen ook moreel en ethisch besef gaan ontwikkelen en dat aan andere leren, zonder dat er waterdichte controle
van bovenaf nodig is.
21). DREIGENDE SFEER VAN EEN PROCES.
Als u voor een rechtbank gedaagd wordt, of u
nu schuldig bent of niet, is uw eventuele aanklacht jegens anderen in de ogen van rechters en toehoorders vaak een verdediging,
een vrijpleiting van immoreel gedrag. Of u bent een wetsovertreder, of een leugenaar, of -ten leste- onschuldig, dus 33% kans
dat u onschuldig bent, 67% kans dat u schuldig bent. De rechter zal er altijd vanuit gaan dat anderen die betrokken zijn bij
de aanklacht oprecht zijn, zoals functionarissen van het Openbaar Ministerie en politie, wat natuurlijk negatief en bevooroordeeld
werkt tegen u. Zo lijkt alles en iedereen samen te spannen tegen de verdachte die enkelt op z'n welsprekendheid, advocaat
of geluk mag rekenen, maar voor de rest geen enkele rechtvaardige kans heeft op een op de werkelijkheid berustende veroordeling.
22.)
DRUK VAN PUBLIEK EN VOLK.
Vlak na de Tweede Wereldoorlog werden er overal in Nederland speciale rechtbanken opgericht
die mensen tot onder andere de doodstraf veroordeelden, terwijl deze al sinds 1860 niet meer werd uitgevoerd. Wanneer deze
mensen 50 jaar later veroordeeld zouden zijn, zouden zij een totaal andere en milderer straf hebben gekregen dan toen het
wraakgevoel bij publiek en rechters zo vlak na de oorlog z'n hoogtepunt kende.
23.) ACTIE OF REACTIE?
Wanneer
iemand gevraagd wordt naar wat er moet gebeuren met een crimineel of iemand die iets crimineels gedaan heeft, zullen er maar
weinigen zijn die datgene wat er aan die misdaad vooraf ging meewegen in hun oordeel over die geschetste misdadiger. Toch
zijn alle acties van mensen -ook de legale- reacties op in het verleden geschiedde acties van weer andere mensen, en is onze
psyche voor 100% afhankelijk en gevormd door menselijke relatie's en hun indrukken, die het in de vorm van herinnering in
onze geest opgeslagen heeft. Geen enkele daad of ingeving onstaat buiten onze herinering om, of wordt er niet door beinvloed.
Daarom is de reactie van een crimineel en zijn criminele daad evenzo een reactie op andermans afkeurenswaardig gedrag als
de geinterviewde in mijn voorbeeld en is net zo immoreel.
24.) KUNST VAN HET VERGEVEN.
Het kwaad en haar
wortels zijn ongrijpbaar voor het bevattingsvermogen van de menselijke geest, en daardoor zowel onwreekbaar als onuitroeibaar.
Immer nutteloos vechten hiertegen zou ons alleen maar nog meer kwaad en verdriet doen. Daarom is het zeer belangrijk de gave
van vergeving en loslaten te ontwikkelen. Wanneer wij ons echter realiseren dat wij hoe dan ook medeverantwoordelijk zijn
voor al wat er op aard gebeurd, ook voor alle slechte daden, en dus ook aan wat onszelf werd aangedaan, en dat de illusie's
die de waarheid achter goed en kwaad omhullen ook onze geest vertroebelen gaat het vergeven een stuk gemakkelijker, maar helaas
komen maar weinigen op die gedachte! Een strafrechtsysteem remt de ontwikkeling van deze kunde te vergeven af, alsmede
die van verder te gaan met het leven, en het zoeken naar de eigen verantwoordelijkheid.
25.) GEEN SCHADE TOCH VERVOLGING.
Bij
sommige zaken is de straf altijd onevenredig omdat er geen daadwerkelijke schade is aangericht maar slecht de wet overtreden
is.
26.) NIET VOOR MENING/WAARHEID KUNNEN UITKOMEN.
Spreekt voor zichzelf. In vele, vele situaties worden
mensen de mond gesnoert om het een of ander belang te dekken, en kunnen alleen maar een negatieve, oneerlijke invloed op een
proces hebben.
27.) GOEDE ADVOCAAT = DURE ADVOCAAT.
In Amerika maar ook in Nederland geldt dat een rijk
iemand met een goede advocaat bij een gelijke misdaad (waar vaak langdurige gevangenisstraf of zelfs het leven van afhangt)
meer kansen heeft vrijuit te gaan dan een arme sloeber die geen of een inferieure advocaat heeft (toegewezen gekregen).
28.)
MOORD EEN HALSMISDAAD?
Een moord hoeft niet altijd per se een halsmisdaad te zijn. Denk maar eens aan enge moordenaars.
Hoeveel mensen red ik van een wisse dood, als ik een massamoordenaar vermoord en hoe schuldig ben ik in dat geval aan moord?
En wanneer iemand vermoord wordt, die anders toch wel snel zou sterven, en niet meer te redden valt, wanneer zoiemand
misschien wel per ongeluk vermoord wordt, hoe rechtvaardig zou het dan zijn de moordenaar langer te laten boeten dan het slachtoffer
anders geleefd zou hebben?
29.) GEVOLGEN VAN STRAF, TE ZWARE STRAF EN ONTERECHTE STRAF.
Wanneer een kind
uit frustratie over hem aangedaan onrecht de wet overtreedt, of irrelevante regels negeert, en hij wordt hier al dan niet
onterecht of buiten proportioneel voor gestraft, zal dit bij het kind overkomen als een onrecht dat hem aangedaan wordt. Bij
herhaaldelijk straffen en te veel regels zal de (opgroeiende) mens geneigd zijn wraak te nemen op zijn medemens door a-sociaal
of crimineel gedrag. Dit immoreel gedrag kan zich ook uiten in een evenzo extreem autoritaire houding tegenover anderen en
minderen, met als gevolg machtsmisbruik en weer opnieuw vele slachtoffers die a-sociaal of autoritair gedrag zullen gaan ontwikkelen.
30.)
ONBEWIJSBAAR WORDT NIET VERVOLGT.
Over het algemeen zal een opsporingsapparaat duizende kleine delictjes niet vervolgen,
simpelweg omdat ze niet te bewijzen zijn. Dat wil echter niet zeggen dat dit rechtvaardig is of dat deze delictjes niet andere
weer aanzetten tot delicten, die toevalligerwijze wel bewijsbaar zijn. Een heleboel kleine, ongestrafte misdaden kunnen als
reactie een grote misdaad tot gevolg hebben.
31.) WILLEKEUR IN VONNIS.
32.) ELK SLACHTOFFER OOK WEER DADER.
33.)
DE ILLUSIE VAN GOED EN SLECHT.
34.) DE WET ALS OORZAAK VAN MISDADEN.
35.) VALSBESCHULDIGEN NIET STRAFBAAR.
Z o
g e n a a m d e v o o r d e l e n.
'Zonder de wet zouden de mensen allemaal verkeerde dingen doen.' Dit
is helemaal niet zekers. Mensen doen slechte dingen wanneer zij er een reden voor hebben. Zonder reden zullen mensen nooit
immorele zaken willen begaan, omdat zij dan onnodig vijanden maken en in feite zichzelf schaden.
'Door de wet worden
mensen weerhouden slechte dingen te doen.' Ook niet waar. Kijk maar eens in de gevangenissen, die hebben allemaal criminele
dingen gedaan, terwijl zij wisten van de wet. Eerder nog het tegenovergestelde: door de wet worden er juist criminelen
geschapen!
|