Toen ik
in 1984 stopte met de heroine, en dat jaar mbv. methadon afkickte, kon ik niet weten wat me allemaal nog te wachten stond,
en als ik dat had geweten, was ik gewis nimmer gestopt met heroine, indien me dat alles gespaard was gebleven.
Rond kerst 1984 besloot ik met de methadon te stoppen.
Zover ik me kan herinneren gebeurde er in januari '85 een van de eerste
nare psychische ervaringen van, laat ik het maar noemen 'ongewilde telephatie', waarbij 't me scheen dat andere mensen mijn
gedachte konden lezen en me daarmee pestten! (Naderhand kon ik me wel herinneren dat ik ook voor die tijd, sporadisch, zulke
ervaringen had gehad, maar in '85 begon de lange periode van, zoals de psychiatrie noemt, psychose, waarin ik stemmen hoorde
en vele, dagelijkse, ervaringen van ongewilde telephatie had.
Mijn hele leven kenmerkt zich door de periode voor '85, waarin ik me
totaal niet bewust was van deze ervaringen -op enkele keren na dan- en na '85 (totaan heden), waarin ik, volgens het boekje,
aan een psychose lijdt.)
Ik weet nog goed hoe ik, op een avond in januari '85, de buren die boven
mij woonden, duidelijk hoorde lachen.
Die oude huizen zijn nogal gehorig, dus op zich kan dat best. Maar op
een gegeven moment kwam 't me voor, alsof ze om mij lachte, en dan om de gedachte die ik had!
Ik weet bij God niet wat die gedachten geweest moeten zijn, het zullen
wel de gedachten geweest zijn van iemand die totaal onbewust was van zijn eigen gedachten, zoals iedereen dat is voordat-ie
erachter zou komen dat andere mensen in staat zijn zijn gedachten te kennen en hem daarmee pesten.
Maar ik kon niet wegvluchten van mijn eigen gedachten, steeds wanneer
ik tot m'n schik besefte, dat zij daarboven mijn gedachte konden weten en me daarom uitlachten, stokte m'n gedachtenstroom,
omdat ik me er haast voor schaamde en niet wilde dat -wie dan ook- die gedachte konden lezen, om na een tijdje alsvanzelf
toch weer te gaan stromen tot de volgende lachsalvo om mijn gedachte/gevoelens/impulsen.
U kunt zich wel voorstellen dat zo een ervaring ontzettend beklemmend
en vooral beangstigend is. Het was alsof ik was overgeleverd aan een stel pathalogische beulen die er een zieke behoefte op
na hielden mij, zonder reden of iets, dat ik ze misdaan zou hebben -puur uit 't duivelse plezier mij te willen kwetsen- als
demonen, constant het leven zuur maakten en daarin een satanisch genoegen schenen te hebben.
Ik besefte plots dat ik in de hel was aangeland en daar, als in een gevangenis,
nooit meer uit kwam.
Ik weet nog goed hoe ik de volgende ochtend bij het wakker worden de
hele nare gebeurtenis afdeed als -niet als een droom, want ik wist maar al te goed dat ik wakker was geweest- mijn fantasie
die wellicht door het vele dagelijkse blowen ('t roken van de soft-drug marihuana) op hol moest zijn geslagen.
In die tijd ben ik verhuisd naar een woning die veel slechter en
ongezelliger was dan 't huis waar ik vandaan kwam, en ik kan me niet herinneren later nog last van wat me die avond overkwam
te hebben gehad, althans niet daar, toen en op die wijze!
In de Haagse Fabritiusstraat des te meer!
In eerste instantie dacht ik, dat het de buren waren die ik hoorde, de
zachte stemmen die klaarblijkelijk tegen mij praatten en mijn gedachten wisten. Wat ze nou zeiden en welke gedachten ik dan
had weet ik (na twintig jaar) niet meer precies, wel kan ik me nog herinneren dat, wanneer ik bijvoorbeeld een idee kreeg
iets te gaan doen, die stemmen "gaat het?" zeiden, en dat telkens weer herhaalden. Later zijn ze me enorm gaan pesten
door me steeds weer voor 'pedo' uit te schelden! Ook herhaalden ze gedachten en/of woorden van mij, en hadden allerlei opmerkingen
en commentaren op mijn gedachten. Vaak, kan ik me nog herinneren, zeiden ze iets, dat betrekking had op de gedachtes/ideeen/impulsen
die ik had!
De stemmen hoor je niet als de gewone stemmen die je hoort van mensen:
luid en hard, maar heel zacht maar wel duidelijk, alsof er een muur tussen jou en de mensen zat, die die stemmen
produceerden.
In 't flatje in de Fabritiusstraat heb ik nog lang gedacht, dat de stemmen
die ik hoorde van de buren waren, tot ik, zo ik me nog kan herinneren, een keer in het Scheveningse bos ging zitten en
me afvroeg of ik ze daar ook hoorde, wat tot mijn stomme verbazing zo was!
Ik ben al heel snel de flat uitgevlucht, omdat ik dacht dat het aan die
flat lag, kan me niet meer herinneren of ik er op straat bijv. ook last van had, dacht 't niet.
Wel weet ik nog goed hoe ik, omdat ik de jongens buiten (er was een voetbalveldje
voor m'n huis) steeds weer 'pedo' hoorde schreeuwen, een keer kwaad naar buiten liep om de desbetreffende jongen daarop aan
te spreken, en een man (z'n vader?) zich ermee bemoeide, die, nadat ik hem had uitgelegd dat ze me steeds uitscholden voor
'pedo', zei: "Nou, dat ben je toch ook!"
Dat was in ieder geval geen schizofrene ervaring!
Toen ik die flat al na een paar maanden verliet, ben ik eerst nog in
een woongroep gaan wonen, waar ik al snel werd weggepest, en toen in de Barentszstraat (Haagse Zeeheldenkwartier) op een zolderkamertje
terechtgekomen. (sept. '85)
De stemmen verhuisde echter met me mee!
In de Barentszstraat had ik een tv., en ik merkte op een gegeven moment
dat wanneer ik tv. keek, ik niet zoveel last van die stemmen had. Maar de mensen in mijn omgeving kwamen me voor als demonen,
die allemaal dondersgoed wisten wat me overkwam, me ermee pestten- of door me voor 'pedo' of 'pee' uit te schelden, of anderszins
me te kwetsen.
Na een jaar ofzo verdwenen de stemmen geleidelijk, tot mijn grote opluchting.
Maar de vele ervaringen van ongewilde telephatie bleven, en door alle nare gebeurtenissen zou ik nooit meer een mens vertrouwen
en raakte ik in een angstige, diepe depressie, waar ik feitelijk pas uitkwam, in zoverre dat ik nu niet meer zo depressief
ben, toen ik in juni '89 buiten in een tent ben gaan wonen, het leven verzaken!
In 't begin was het leven met deze stemmen, die er altijd waren (ook
als ik bijvoorbeeld 's nachts wakker werd), een ware hel.
Ik was totaal overmand en wist niet wat me overkwam.
Voorheen had ik wel eens gelezen (C.G. Jung) over mensen die meenden
dat iedereen hun gedachten wist, en hier of daar gehoord van het fenomeen 'stemmen horen', maar ik had nooit gedacht dat mij
dat zou overkomen, of geloofd dat dit waar kon zijn.
Nu ikzelf deze ervaring had, wist ik wel beter!
Ik was maanden overdonderd.
In het najaar van 1985 echter begonnen de stemmen (gelukkig) minder te
worden, maar de ervaringen van ongewilde telepathie, dus dat mensen in mijn omgeving schijnbaar mijn gedachten konden weten,
en me daarmee (door opmerkingen) pestten, werden frequenter.
Omdat ik dit zo vervelend vond (u moet zich maar eens voorstellen hoe
dat is, wanneer iedereen of zowat iedereen uw gedachten kan lezen en dat openlijk ontkent, maar stiekum dat steeds laat
merken en u ermee pest) ben ik mensen steeds meer gaan mijden.
Mijn zwerversleven was duidelijk een keuze om niet langer onder de mensen
te hoeven wonen, wat niet alleen door de pesterijen steeds moeilijker werd, maar ook door de minachting en onrechtvaardige
behandeling die me ruimschoots ten deel viel.
Al in de Fabritiusstraat bedacht ik me, dat ik gezonder moest gaan leven
en lichamelijk sterker moest gaan worden om deze crisis te kunnen overleven, en ben toen begonnen met een veel gezonder manier
van leven, welks inhield dat ik een dumbell kocht en daar af en toe mee speelde.
Ook ben ik, toen ik merkte dat het tekenen niet meer ging (voorheen was
ik altijd creatief bezig), begonnen met schrijven.
Eerst verhaaltjes, later toneelstukken en filosofische overdenkingen.
Na een paar maanden ben ik uit de Fabritiusstraat vertrokken, en verloor
ik, volgens de geldende wetten, alle rechten op een woning.
Ik ben toen eerst in een woongroep gaan wonen, waar ik al gauw ruzie
kreeg, en toen via een kennis op een zolderkamertje in de Haagse Barentszstraat terecht gekomen.
Daar kon ik enigszins tot mezelf komen.